Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zwaar·be·proefd
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen zwaarbeproefd
verbogen zwaarbeproefde
partitief zwaarbeproefds

Bijvoeglijk naamwoord

zwaarbeproefd

  1. in sterke mate aan moeilijkheden blootgesteld
    • Het zwaarbeproefde volk voerde een lange strijd voor zijn vrijheid. 

Gangbaarheid