zorgprofessional
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zorg·pro·fes·si·o·nal
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zorg zn en professional zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zorgprofessional | zorgprofessionals |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de zorgprofessional m
- (beroep) iemand met een medische of paramedische opleiding die werkzaam is in de zorg
Hyponiemen
Gangbaarheid
- Het woord zorgprofessional staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Rinke van den Brink“Individuele gesprekken met twijfelaars over vaccinatie helpen” (01-07-2019), NOS
- ↑ Weblink bron Rinke van den Brink“Ruim 900 calamiteiten gemeld bij Inspectie Gezondheidszorg” (24-04-2016), NOS