zorgplicht
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zorgplicht (hulp, bestand)
Woordafbreking
- zorg·plicht
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zorg en plicht
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zorgplicht | zorgplichten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- de verplichting om zorgvuldig om te gaan met de belangen van anderen.
- het eerst moeten nagaan of je in staat bent aan de verplichtingen te voldoen voordat een bank of andere financiële instelling aan iemand of een bedrijf een krediet verschaffen.
- de plicht van een zorgverzekeraar te zorgen dat zijn verzekerden toegang hebben tot de zorg die zij nodig hebben.
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord zorgplicht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.