zorghotel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zorg·ho·tel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zorg en hotel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zorghotel | zorghotels |
verkleinwoord | zorghotelletje | zorghotelletjes |
Zelfstandig naamwoord
het zorghotel o
- een hotel waar zorgbehoevende mensen op vakantie kunnen gaan.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord zorghotel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.