Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zoos

Zelfstandig naamwoord

de zoosmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord zoo


Engels

Zelfstandig naamwoord

de engmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord zoo


Noors

Woordafbreking
  • zoos

Zelfstandig naamwoord

zoos, m

  1. onbepaalde vorm genitief enkelvoud van zoo


Spaans

Zelfstandig naamwoord

de spamv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord zoo