Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zil·ver·mijn
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zilvermijn zilvermijnen
verkleinwoord zilvermijntje zilvermijntjes

Zelfstandig naamwoord

de zilvermijnv / m [1]

  1. plaats waar men zilvererts wint
     In Griekse dienst had hij in de bergen van Thessalië een zilvermijn ontdekt, maar hij was wel zo slim geweest er met niemand over te spreken.[2]
     Hij heeft in India gediend, exploiteert een zilvermijn in Thessalië en is hier om in Auteuil een waterkuuroord te vestigen.[2]

Gangbaarheid

Verwijzingen