ziet weer
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ziet weer
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
weerzien |
ziet (…) weer
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van weerzien
- Jij ziet weer.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van weerzien
- Hij ziet weer.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van weerzien
- Ziet weer!
Gangbaarheid
- Het woord ziet weer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.