Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zes·bak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zesbak zesbakken
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de zesbakm

  1. (techniek) een versnellingsbak met zes versnellingen
    • Heeft die auto een vijf- of een zesbak? 
  2. (scheepvaart) een duwboot met zes duwbakken ervoor
Verwante begrippen

Gangbaarheid

50 % van de Nederlanders;
51 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be