zeilweer
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zeil·weer
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zeil ww en weer
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zeilweer | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het zeilweer o
- (meteorologie) (scheepvaart) weersomstandigheden die zich lenen tot het zeilen
- Het was prachtig zeilweer en we hebben de hele dag genoten.
Gangbaarheid
- Het woord 'zeilweer' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zeilweer" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be