zeiltocht
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zeil·tocht
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zeil ww en tocht
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zeiltocht | zeiltochten |
verkleinwoord | zeiltochtje | zeiltochtjes |
Zelfstandig naamwoord
de zeiltocht m
- een reis aan boord van een zeilschip
- Ze hadden het voornemen een zeiltochtje te gaan maken.
Gangbaarheid
- Het woord zeiltocht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zeiltocht" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be