Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zee·waar·dig·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zeewaardigheid zeewaardigheden
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de zeewaardigheidv

  1. (scheepvaart) de mate waarin een schip of bemanning zeewaardig is
    • Aan de zeewaardigheid ervan valt niet te twijfelen. 
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid