zeeschip
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zee·schip
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zee en schip
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zeeschip | zeeschepen |
verkleinwoord | zeescheepje | zeescheepjes |
Zelfstandig naamwoord
het zeeschip o
- een zeewaardig schip gebouwd om de zee te kunnen trotseren
Vertalingen
1. een zeewaardig schip gebouwd om de zee te kunnen trotseren
Gangbaarheid
- Het woord zeeschip staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zeeschip" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be