Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • za·ken·in·stinct
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zakeninstinct zakeninstincten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het zakeninstincto

  1. een goede neus voor wat zakelijk verstandig is en wat niet
    • Hij heeft altijd al een goed zakeninstinct gehad. 

Gangbaarheid