zaakbeschadiging
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zaak·be·scha·di·ging
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zaak en beschadiging [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zaakbeschadiging | zaakbeschadigingen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de zaakbeschadiging v
- beschadiging van goederen
Gangbaarheid
- Het woord 'zaakbeschadiging' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.