woordenspel
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: woordenspel (hulp, bestand)
Woordafbreking
- woor·den·spel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | woordenspel | woordenspelen woordenspellen |
verkleinwoord | woordenspelletje | woordenspelletjes |
Zelfstandig naamwoord
het woordenspel o
- taalgebruik waarbij gespeeld wordt met de vorm van woorden (klank, contaminatie, spelling e.d.) en/of met de betekenis ervan
Gangbaarheid
- Het woord woordenspel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.