woningbouwcoöperatietje

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wo·ning·bouw·co·o·pe·ra·tie·tje

Zelfstandig naamwoord

het woningbouwcoöperatietjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord woningbouwcoöperatie