Nederlands

 
Boom met vruchten
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • wit·te za·po·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord witte zapote
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

witte zapote

  1. (bloemplanten) Casimiroa edulis   een plant uit de wijnruitfamilie (Rutaceae  ). Het is een groenblijvende, dichtvertakte, tot 18 m hoge boom met een asgrijze, wrattige schors en overhangende takken. De afwisselend geplaatste, handvormig geveerde bladeren bestaan uit drie tot zeven leerachtige, donkergroene, gaafrandige, ovale, 8-15 cm lange deelblaadjes
Hyperoniemen


Gangbaarheid

Meer informatie