witbuikhoningvogel

Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • wit·buik·ho·ning·vo·gel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord witbuikhoningvogel witbuikhoningvogels
verkleinwoord witbuikhoningvogeltje witbuikhoningvogeltjes

Zelfstandig naamwoord

de witbuikhoningvogelm

  1. (zangvogels) Dicaeum hypoleucum   een vogelsoort uit de familie van de dicaeidae (bastaardhoningvogels). De witbuikhoningvogel komt alleen voor in de Filipijnen. Van de witbuikhoningvogel zijn de volgende vijf ondersoorten bekend
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie