wijzende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- wij·zen·de
Werkwoord
vervoeging van: | wijzen |
wijzende
- verbogen vorm van wijzend, het onvoltooid deelwoord van wijzen
Bijvoeglijk naamwoord
wijzende
- verbogen vorm van de stellende trap van wijzend
vervoeging van: | wijzen |
verbogen vorm: | wijzendee |
wijzende
wijzende