Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wijk·ver·band
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord wijkverband wijkverbanden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het wijkverbando

  1. verzameling van alle relaties en verbindingen die bestaan tussen de bewoners van een stadswijk
     In theorie neemt zo de armoede af. Maar in zijn wijk zou het averechts kunnen uitpakken, vreest Krijgsman: "Soms wordt er bij het opknappen te rigoureus door wijkverbanden heen gebroken. Dat moet niet in Oud-Crooswijk gebeuren."[1]
     Burgers organiseren zich volgens het Klimaatbureau HIER ook steeds vaker in collectief wijkverband om samen te zoeken naar alternatieven voor aardgas. De eerste warmtecoöperaties zijn opgericht in Den Haag, Amsterdam en Wageningen en in minstens 17 wijken zijn bewoners druk bezig met plannen. Daarnaast zijn de eerste twee biogasprojecten van start gegaan.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Oud-Crooswijk was armste wijk, miljoenen verder gaat het iets beter” (02-10-2021), NOS
  2.   Weblink bron
    Annemieke van Dongen
    “Al 70.000 huishoudens lid van lokale energiecoöperatie voor groene stroom” (23-11-2018), Tubantia