weck
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- weck
Werkwoord
vervoeging van |
---|
wecken |
weck
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wecken
- Ik weck.
- gebiedende wijs van wecken
- Weck!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wecken
- Weck je?
Gangbaarheid
- Het woord weck staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "weck" herkend door:
50 % | van de Nederlanders; |
27 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be