Nederlands

 
Struik met vruchten
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • was·ga·gel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord wasgagel wasgagels
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de wasgagelm

  1. (bloemplanten) Morella caroliniensis   een bladverliezende struik die behoort tot de gagelfamilie (Myricaceae  ), van nature voorkomend van Noord-Amerika en van daaruit ook naar West-Europa verspreid
Hyperoniemen


Gangbaarheid

Meer informatie