Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wa·ren·huis·con·cern
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord warenhuisconcern warenhuisconcerns
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het warenhuisconcerno

  1. (bedrijfskunde) (handel) bedrijf dat bestaat uit een aantal losse warenhuizen
     De curatoren geven de visie weer van de raad van bestuur op de ondergang. Om te beginnen was er sprake van een "algehele malaise in de retail" waar heel veel winkels onder te lijden hadden. Daarnaast speelde de verouderde winkelformule het warenhuisconcern parten. Om die reden had het nieuwe management plannen voor een nieuwe strategie ontwikkeld, zoals "een nieuwe signatuur, een ander modebeeld en een presentatie met beleving".[1]
     Het Amerikaanse warenhuisconcern Nordstrom stopte onlangs met de verkoop van het modemerk van Trumps dochter. Het is de vijfde winkelketen die deze stap zet; tegenvallende verkopen zijn hiervoor de reden, aldus Nordstrom.[2]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Niemand wilde de V&D-warenhuizen hebben” (9 maart 2016, 12:21), NOS
  2.   Weblink bron “Kandidaat-opperrechter noemt tweets Trump 'demoraliserend'” (9 februari 2017, 02:50), NOS