wanbetaalden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- wan·be·taal·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
wanbetalen |
wanbetaalden
- meervoud verleden tijd van wanbetalen
- Wij wanbetaalden.
- Jullie wanbetaalden.
- Zij wanbetaalden.
- Wij wanbetaalden.
vervoeging van |
---|
wanbetalen |
wanbetaalden