Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vult aan
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aanvullen

vult (…) aan

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanvullen
    • Jij vult aan. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanvullen
    • Hij vult aan. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanvullen
    • Vult aan! 

Gangbaarheid