Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vul·den bij
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
bijvullen

vulden (…) bij

  1. meervoud verleden tijd van bijvullen
    • Wij vulden bij. 
    • Jullie vulden bij. 
    • Zij vulden bij. 

Gangbaarheid