vruchtensaus
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vruchtensaus (hulp, bestand)
- IPA: / ˈvrʏxtə(n)sɑus / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- vruch·ten·saus
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vruchtensaus | vruchtensauzen vruchtensausen |
verkleinwoord | vruchtensausje | vruchtensausjes |
Zelfstandig naamwoord
- (voeding) uit fruit gemaakte dik vloeibare substantie die voor de smaak bij of over een ander gerecht wordt gedaan
Gangbaarheid
- Het woord 'vruchtensaus' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.