Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vraag·den te·rug
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
terugvragen

vraagden (…) terug

  1. meervoud verleden tijd van terugvragen
    • Wij vraagden terug. 
    • Jullie vraagden terug. 
    • Zij vraagden terug. 

Gangbaarheid