Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • voor·sneed

Werkwoord

vervoeging van
voorsnijden

voorsneed

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van voorsnijden
    • ... dat ik voorsneed. 
    • ... dat jij voorsneed. 
    • ... dat hij, zij, het voorsneed.