Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vin·gen aan
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aanvangen

vingen (…) aan

  1. meervoud verleden tijd van aanvangen
    • Wij vingen aan. 
    • Jullie vingen aan. 
    • Zij vingen aan. 

Gangbaarheid