Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • vilt·roos
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord viltroos viltrozen
verkleinwoord viltroosje viltroosjes

Zelfstandig naamwoord

de viltroosv / m [1] [2]

  1. (bloemplanten) Rosa villosa   een struik die behoort tot de rozenfamilie (Rosaceae  ). Door sommigen worden de viltroos (Rosa villosa  ) en bottelroos s.s. (Rosa tomentosa  ) als aparte soorten beschouwd, waarbij de bottelroos al vanaf mei bloeit. De viltroos staat op de Nederlandse Rode lijst van planten   als zeldzaam en sterk afgenomen en de bottelroos s.s
Hyperoniemen
Verwante begrippen


Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen