vierhonderdenzevenenzestig

Nederlands

0	4	6	7

vierhonderdenzevenenzestig,
op een abacus

Uitspraak

• Geluid:  vierhonderdenzevenenzestig    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌvirhɔndərtɛnˈzevənənˌsɛstəx / (9 lettergrepen); soms met nadruk ter onderscheiding van 'vierhonderdennegenenzestig': /ˌvirhɔndərtɛnˈzøvənənˌsɛstəx/

Woordafbreking

• vier·hon·derd·en·ze·ven·en·zes·tig

Woordherkomst en -opbouw

• samenstellende samenstelling van  vierhonderd ht,   en vw  en  zevenenzestig ht 

Hoofdtelwoord

vierhonderdenzevenenzestig

1. "467", langere vorm van vierhonderdzevenenzestig, vierhonderd plus zevenenzestig
   1. om een hoeveelheid aan te geven

      • De inzameling heeft vierhonderdenzevenenzestig euro en vijftig cent opgebracht. 

   2. om een plaats in een volgorde aan te geven

      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot vierhonderdenzevenenzestig. 

Synoniemen

• vierhonderdzevenenzestig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "vierhonderdenzevenenzestig" wordt zelden gebruikt)

Afgeleide begrippen

rangtelwoord

• vierhonderdenzevenenzestigste

hooftelwoord samengesteld met "vierhonderdenzevenenzestig" ht als linkerdeel

• vierhonderdenzevenenzestigduizend

Gangbaarheid

• Het woord 'vierhonderdenzevenenzestig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.