Nederlands

       
0 4 1 1
vierhonderdelf,
op een abacus
Uitspraak
Woordafbreking
  • vier·hon·derd·elf
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

vierhonderdelf

  1. "411", het getal tussen vierhonderdtien en vierhonderdtwaalf, vierhonderd plus elf
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De totale kosten bedragen vierhonderdelf euro en zevenendertig cent. 
    2. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • We logeerden vlakbij het strand in kamer vierhonderdelf van het grootste hotel. 
Schrijfwijzen
Synoniemen
Afgeleide begrippen

rangtelwoord

hooftelwoorden samengesteld met "vierhonderdelf" ht als linkerdeel

Vertalingen
enkelvoud meervoud
naamwoord vierhonderdelf vierhonderdelfs
verkleinwoord vierhonderdelfje vierhonderdelfjes

Zelfstandig naamwoord

de vierhonderdelfv / m

  1. dat wat in een (rang)ordening met 411 is aangeduid
    • Als jij vierhonderdelf opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner. 

vierhonderdelf mv

  1. groep van 411 eenheden
    • Die vierhonderdelf kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden. 

Gangbaarheid