vestiging
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ves·ti·ging
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van vestigen met het achtervoegsel -ing[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vestiging | vestigingen |
verkleinwoord | vestigingetje vestiginkje |
vestigingetjes vestiginkjes |
Zelfstandig naamwoord
de vestiging v
- het zich vestigen.
- een locatie waar een organisatie vanuit werkt
- Het lijkt misschien het makkelijkst om op aarde een kant-en-klare maanmodule te bouwen en die vervolgens naar de maan te sturen. Toch pleit Vermeulen om juist gebruik te maken van de grondstoffen van de maan zelf, om zo onafhankelijk te zijn van de aarde. Een efficiënte manier is om bijvoorbeeld gebruik te maken van de bewoonbare lavatunnels waar een vestiging in gebouwd kan worden. Op die manier biedt het oppervlak van de maan zelf voldoende bescherming [2]
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord vestiging staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vestiging" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia 2 jul. 2019 Dit is hoe je kunt leven op de maan
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be