verstofte
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·stof·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
verstoffen |
verstofte
- enkelvoud verleden tijd van verstoffen
- Ik verstofte.
- Jij verstofte.
- Hij, zij, het verstofte.
- Ik verstofte.
Bijvoeglijk naamwoord
verstofte
- verbogen vorm van de stellende trap van verstoft