Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·oot·moe·digt

Werkwoord

vervoeging van
verootmoedigen

verootmoedigt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verootmoedigen
    • Jij verootmoedigt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verootmoedigen
    • Hij verootmoedigt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verootmoedigen
    • Verootmoedigt!