Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·keers·rood
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord verkeersrood
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het verkeersroodo

  1. (RAL-kleur) een kleur rood met RAL-nummer 3020.
    • Heeft u die ook in het verkeersrood? 
stellend
onverbogen verkeersrood
verbogen verkeersrode

Bijvoeglijk naamwoord

verkeersrood

  1. (RAL-kleur) deze kleur hebbend, een kleur rood, met RAL-nummer 3020.
    • Hij rijdt in een verkeersrode auto. 
Vertalingen


Gangbaarheid