Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·fraai·ing
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord verfraaiing verfraaiingen
verkleinwoord verfraaiinkje verfraaiinkjes

Zelfstandig naamwoord

de verfraaiingv

  1. iets moois; het iets mooier maken
     Het was duidelijk dat Vronski, die veel moeite aan de verbetering en verfraaiing van zijn bezittingen had besteed, behoefte had er zich tegenover een nieuwe gast op te laten voorstaan en oprecht verheugd was over Dolly's lof.[2]
     Zelfs de – hoe zeggen we het beschaafd – cosmetische verfraaiing aan het lijf van Aymar wordt in de media openlijk, zonder opsmuk en met trots besproken. De hockeysters laten hun volk zich beschaafd opgelaten en opgewonden voelen. Ja, zonder uitzondering kleuren de Argentijnen – mannen en vrouwen – van zwoele ondeugd in het gezicht als de hockeysters ter sprake komen.[3]
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid


Verwijzingen