verbondenheid
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·bon·den·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | verbondenheid | verbondenheden |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de verbondenheid v
- emotioneel contact met een ander
- De agent voelde verbondenheid met het slachtoffer van de overval.
Synoniemen
Synoniemen
Vertalingen
1. emotioneel contact met een ander
Gangbaarheid
- Het woord verbondenheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.