vakantieverhaal
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- va·kan·tie·ver·haal
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van vakantie zn en verhaal zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vakantieverhaal | vakantieverhalen |
verkleinwoord | vakantieverhaaltje | vakantieverhaaltjes |
Zelfstandig naamwoord
het vakantieverhaal o
- verhaal dat handelt over vakantiebelevenissen
- ▸ Vanaf volgende week wordt in de ochtendshow Het Geluidje gespeeld. In deze speciale junior editie van het populaire radiospel maken kinderen ook kans om Het Geluid te raden. Ook gaat Merckx elke ochtend in een nieuw item op zoek naar de meest bizarre vakantieverhalen van luisteraars.[1]
Gangbaarheid
- Het woord vakantieverhaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Suzanne Borgdorff“Vakantievervanger Mattie en Marieke introduceert radiospel Het Geluidje” (21-07-23,), Tubantia