vakantiepas

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  vakantiepas    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• va·kan·tie·pas

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  vakantie zn  en  pas zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	vakantiepas	vakantiepassen
verkleinwoord	vakantiepasje	vakantiepasjes

Zelfstandig naamwoord

de vakantiepas m

1. pinpas met computerchip die over de hele wereld te gebruiken is

   • Aparte vakantiepas: Consumenten krijgen in de toekomst misschien twee verschillende pinpassen: een voor gebruik binnen Europa en één voor de hele wereld. In de strijd tegen de skimmers hebben de banken hun hoop gevestigd op de nieuwe pinpas met computerchip.  

2. kortingskaart voor vakantiegangers

   • Kinderen die deze vakantie hun eigen krant willen maken kunnen naar het Utrechts Archief. In de zalen met documenten en touch screen computers kunnen ze historische weetjes en plaatjes verzamelen in hun eigen elektronische dossier. Dat kan naar huis gemaild worden, maar nog leuker is het om hiervan een krant te laten drukken op groot formaat; bijvoorbeeld een Middeleeuwse krant of een krant over je eigen straat. Toegang is gratis. De print van de krant is € 2,50 (met vakantiepas € 1). Hamburgerstraat 28, di- za 10-17u. Inl www.hetutrechtsarchief.nl  

Gangbaarheid

• Het woord 'vakantiepas' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vakantiepas" herkend door:

92 %	van de Nederlanders;
93 %	van de Vlamingen.