vakantiefotootjes

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  vakantiefotootjes    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• va·kan·tie·fo·to·tjes

Zelfstandig naamwoord

de vakantiefotootjes mv

1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord vakantiefoto