unitaristischers
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- uni·ta·ris·ti·schers
Bijvoeglijk naamwoord
unitaristischers
- partitief van de vergrotende trap van unitaristisch
Gangbaarheid
- Het woord 'unitaristischers' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.