uitzuiger
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- uit·zui·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | uitzuiger | uitzuigers |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de uitzuiger m
- iemand die uitzuigt
Synoniemen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord uitzuiger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "uitzuiger" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
91 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ uitzuiger op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be