Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • tuint

Werkwoord

vervoeging van
tuinen

tuint

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tuinen
    • Jij tuint. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tuinen
    • Hij tuint. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van tuinen
    • Tuint!