Nederlands

 
Aulostomus maculatus  , goed gecamoufleerd tussen de planten met de kop naar beneden.
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • trom·pet·vis·sen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord trompetvissen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de trompetvissenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord trompetvis
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (straalvinnigen) een familie Aulostomidae   van vissen met een zeer dun en langwerpig lichaam. Ze zijn verwant aan de zeepaardjes en zeenaalden. Er zijn slechts 3 soorten ontdekt, die verspreid zijn over het Caribisch gebied   en de Indische Oceaan
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)


Gangbaarheid

Meer informatie