trist
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- trist
Werkwoord
vervoeging van |
---|
trissen |
trist
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van trissen
- Jij trist.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van trissen
- Hij trist.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van trissen
- Trist!
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord trist staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Catalaans
Woordherkomst en -opbouw
- Afkomstig van het Latijnse tristis.
Bijvoeglijk naamwoord
trist
Roemeens
Woordherkomst en -opbouw
- Afkomstig van het Latijnse tristis.
Bijvoeglijk naamwoord
trist
Zweeds
Bijvoeglijk naamwoord
trist