Nederlands

 
Tripsen op een bloem.
Uitspraak
Woordafbreking
  • trip·sen
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de tripsenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord trips
     Deze palmvaren Macrozamia lucida is een tweehuizige plant die voor zijn bevruchting geheel afhankelijk is van de tripsen.[1]
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (insecten) orde Thysanoptera  
     De borstelige structuur van paardenbloempluis is ook terug te vinden op de vleugels van kleine, lichte insecten zoals tripsen (donderbeestjes), schrijven de onderzoekers.[2]
Hyperoniemen
Hyponiemen


Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Sander Voormolen
    “Plant stuurt tripsen heen en weer tussen verscholen bloemen” (6 oktober 2007) op nrc.nl  
  2.   Weblink bron
    Dorine Schenk
    “Deze pluisjes weten wat wervelen is” (17 oktober 2018) op nrc.nl