Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • tri·en·na·le
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Frans
enkelvoud meervoud
naamwoord triënnale triënnales
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de triënnalev / m

  1. evenement dat eens in de drie jaar plaatsvindt
     De actie van Sailstorfer heeft honderden gelukszoekers met een schop naar het strand gelokt. Het project maakt deel van de kunst-triënnale in Folkestone. Bij eb kunnen mensen naar de staafjes zoeken. De kunstenaar heeft ook metalen voorwerpen op het strand begraven om mensen met een metaaldetector het zoeken te bemoeilijken.[1]
     Twee jaar later kreeg het merk opnieuw aandacht toen de Triënnale in Milaan een expositie wijdde aan de impact van Fiorucci in de jaren zeventig.[2]
Verwante begrippen

Gangbaarheid

40 % van de Nederlanders;
55 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Eerste verstopte goudstaafje in Folkestone gevonden” (31-08-2014), Tubantia
  2.   Weblink bron “Oprichter kledingmerk Fiorucci overleden” (20 jul. 2015), De Telegraaf
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be