trasmolen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- tras·mo·len
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | trasmolen | trasmolens |
verkleinwoord | trasmolentje | trasmolentjes |
Zelfstandig naamwoord
- molen die tufsteen tot tras maalt ten behoeve van de productie van cement en mortel
Gangbaarheid
- Het woord 'trasmolen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.